donderdag 5 januari 2012

Associaties genoeg









Het aardige van vakantie is, dat je eens ergens anders mee bezig kunt zijn dan met je alledaagse dingen. Of dat voor mij nu ook zo is? De daagse dingen nemen nu juist een grotere plek in dan anders. Tenminste als daagse dingen koken, lezen en een beetje in huis klooien zijn. Zo is er nu eindelijk een degelijke tochtstrip aan de voordeur geschroefd, en hoeft er niet steeds een tochtslang tegenaan!

Maar ook merk ik, hoe het is om aan de andere kant van de verbazing terecht te komen. Want hoe vaak heb ik mijn cursisten al verrast met opdrachten bij een sculptuur? Talloze keren. En dan verwacht ik dat ze er – vanuit plezier of weerstand – lekker mee aan de slag gaan. Wat valt er allemaal te filosoferen bij een beeld? Ga maar op zoek! Nu overkwam mij zelf ineens zoiets.

Op weg naar de computerleverancier passeerden mijnlief en ik het Tolhekplein in Pijnacker. Of het door de lichtval kwam, weet ik niet, maar mijn aandacht ging anders dan de andere keren dat wij daar langs kwamen naar het metershoge mens-beeld langs de snelweg. Wat doet die figuur eigenlijk, dacht ik opeens. Is het een elfstedentochtrijder? Een slootjeskijker? Een oude boer? Waarom heeft die snuiter eigenlijk geen armen? Waarom denk ik dat hij een pet op heeft, maar blijkt zijn hoofd vreemd rond, en blijkt de rand van de pet zijn puntige neus? Waarom staat hij daar zo blootsvoets in die grassige graskant? Komt daardoor direct deze tekst bij mij naar boven?

Boutade

O land van mest en mist, van vuilen, kouden regen,

Doorsijperd stukske grond, vol killen dauw en damp,

Vol vuns, onpeilbaar slijk en ondoorwaadbre wegen,

Vol jicht en parapluies, vol kiespijn en vol kramp!


O saaie brij-moeras, o erf van overschoenen,

Van kikkers, baggerlui, schoenlappers, moddergoôn,

Van eenden groot en klein, in allerlei fatsoenen,

Ontvang het najaarswee van uw verkouden zoon!


Uw kliemerig klimaat maakt mij het bloed in de aderen

Tot modder; ’k heb geen lied, geen honger, vreugd noch vreê.

Trek overschoenen aan, gewijde grond der Vaderen,

Gij - niet op mijn verzoek - ontwoekerd aan de zee.

P.A. De Genestet (nov. 1851)

En wat zal het worden? Schrijven of filosoferen?

Beeld: De Noorderling. foto: www.henkvisch.nl

3 opmerkingen:

  1. Het zal schrijven noch filosoferen worden, maar zingen.
    Hoorde je Mama Roux met hun mest en mist?
    Ik vind het bepaald zeer opwekkend.

    Groet,

    Co
    LC

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Helaas niet gehoord ... nog te vinden op Youtube misschien?
    Marja

    BeantwoordenVerwijderen
  3. En ja dus, en ja
    om zeer opgewekt van te worden!!!
    http://www.youtube.com/watch?v=nrLhGIWlnNs
    marja

    BeantwoordenVerwijderen